Hoe kan ik een niet-beroepsactieve persoon begeleiden die niet weet wat die graag doet of goed kan?
- Geef je ruimte aan de niet-beroepsactieve persoon om te exploreren wat hun interesses zijn zonder meteen over werk te spreken?
- Vraag je weleens naar momenten waarop de niet-beroepsactieve persoon zich trots, blij of nuttig voelde?
Wist je dat?
Een gebrek aan zelfvertrouwen of eerdere negatieve werkervaringen kunnen ervoor zorgen dat niet-beroepsactieve personen zich in niets goed voelen of niet (meer) weten wat ze goed kunnen. Zonder hier een duidelijk beeld over te hebben, kunnen ze toegeleid worden naar jobs die eigenlijk niets voor hen zijn. Dat kan hen doen afhaken, ofwel tijdens de begeleiding ofwel eens ze aan het werk zijn. Dat zorgt voor teleurstelling bij jezelf, bij de niet-beroepsactieve persoon en bij de mogelijke werkgever.
Zelf-oriëntatie is daarom een belangrijke stap voor niet-beroepsactieve personen die moeite hebben met het identificeren van hun eigen sterktes en interesses. Het is dus nuttig als iemand niet kan antwoorden vragen zoals “Wat kun je goed?”, “Wat doe je graag?” of “Wat vind ik belangrijk?”. Inzetten op een grondige zelf-oriëntatie maakt het dan voor jou en de niet-beroepsactieve persoon makkelijker om in een volgende stap te zoeken naar jobs die aansluiten bij hun interesses.
Wat kan je doen als begeleider?
- Om zicht te krijgen op de interesses van de persoon die je begeleidt, kan je vragen stellen over wat ze zoal doen in hun vrije tijd en privéleven. Zo krijg je inzicht in de dagelijkse bezigheden van de niet-beroespactieve persoon. Dit kan het gesprek openen over wat ze goed kunnen en/of graag doen.
- TIP! Gebruik onze vragenlijst zelf-oriëntatie onder het titeltje tools voor meer inspiratie!
- Sommige niet-beroepsactieve personen kampen met een laag zelfbeeld. Daardoor missen ze zelfvertrouwen en assertiviteit. Jij kan hen helpen om hun sterktes weer in te zien. Benoem dan ook welke sterke kanten je bij de niet-beroepsactieve persoon ziet. Voorbeelden kunnen zijn: “Ik merk dat je heel gemotiveerd bent”, “Ik merk dat je heel hard werkt aan je Nederlands” of “Ik bewonder hoe je zo eerlijk over jouw situatie praat.”
Praktijkvoorbeeld – getuigenis van een jobcoach
Onlangs heb ik een spel gespeeld met een groep van niet-beroepsactieve personen, waarin ze kaartjes moesten kiezen die zowel positieve en negatieve kanten vertegenwoordigen. Elk deelnemer kreeg een set van kaartjes en moest eerst twee positieve eigenschappen kiezen die ze in zichzelf zagen en daarna twee negatieve eigenschappen die ze zelf als obstakels ervaarden. Wat me opviel, was dat het voor de meeste deelnemers veel gemakkelijker was om negatieve eigenschappen over zichzelf te benoemen dan positieve. Dit was meteen een eyeopener voor hen.
Toen de deelnemers echter eenmaal de positieve eigenschappen hadden gevonden, merkte ik meteen een verandering. Ze straalden meer zelfvertrouwen uit en waren trotser op hun kwaliteiten. Het was duidelijk dat het benoemen van hun sterke kanten hen een stuk meer vertrouwen gaf en dat was erg waardevol om te zien. Als jobcoach heb ik het gevoel dat ik hen nu ook zelf beter kan begeleiden, omdat ik zelf ook een beter inzicht heb in hun goede en minder goede eigenschappen.
- Niet-beroepsactieve personen met een laag zelfvertrouwen, hebben het soms moeilijk om stressvolle situaties te navigeren. Dat kan hen ook tegenhouden de stap richting werk te zetten. Ga daarom in gesprek over concrete situaties waarin ze stress ervaren hebben. Bespreek waarom die situatie stress met zich meebrengt, of deze stress nuttig is en reik handvaten aan om met de stressvolle situatie om te gaan.
- Het kan daarbij helpen om de niet-beroepsactieve persoon een dagboek te laten bijhouden. Daarin kunnen alle gebeurtenissen bijgehouden worden met een positieve en negatieve impact. Door dit samen te overlopen, krijg je als begeleider inzicht in waar de niet-beroepsactieve persoon tegenaan loopt, maar ook waar die energie uit haalt.
- Soms is het belangrijk om niet-beroepsactieve personen (terug) te laten dromen! Laat hen nadenken over hoe ze hun leven zouden inrichten als er geen restricties waren. Dat kan je helpen om te achterhalen waar ze naartoe willen.
- TIP! Gebruik de oefening “Mijn droomscenario”. Je vindt dit terug bij de tools.
Wees aandachtig voor…
- Voorzie voldoende tijd en ruimte om bij deze stap stil te staan. Doe dit op het ritme van de niet-beroepsactieve persoon en op de manier die aangenaam is voor jullie beiden.
- Toon interesse in het verhaal van de niet-beroepsactieve persoon. Stel verdiepingsvragen, toon begrip en bewondering en geef aanmoedigingen en complimenten.